Verzekeraar Aegon heeft beleggers in de zogenoemde Koersplanovereenkomsten te veel premie laten betalen. Dat heeft de Hoge Raad vrijdag bepaald. De Hoge Raad volgt daarmee zoals meestal het advies van de advocaat-generaal, die in maart liet weten zich in grote lijnen te kunnen vinden in eerdere vonnissen in deze zaak.
Aegon-dochter Spaarbeleg verkocht het beleggingsproduct Koersplan tussen 1989 en 1998 aan circa 700.000 klanten. Achteraf bleek dat het bedrijf hoge kosten in rekening bracht voor een overlijdensrisicoverzekering, zonder dat dit in de polisvoorwaarden stond vermeld. Daardoor werd een kleiner deel van de inleg gebruikt om daadwerkelijk mee te beleggen en viel het rendement op het product veel klanten tegen.
Het gerechtshof in Amsterdam oordeelde in 2011 al dat deze beleggers recht hebben op compensatie. De zaak was in 2005 aangespannen door de stichting ‘Koersplan de weg kwijt’, die optreedt namens zo’n 30.000 gedupeerden. De stichting stelde vrijdag dat Aegon hen op basis van de uitspraak van de Hoge Raad in totaal zo’n 40 miljoen euro zal moeten betalen.
Compensatie
Aegon zelf schat dat de compensatie van de bij de stichting aangesloten klanten ,,enkele tientallen miljoenen euro’s” zal gaan kosten. Daarnaast zal het bedrijf voor de overige beleggers in Koersplan-producteninzichtelijk maken of zij meer premie hebben betaald dan volgens het vonnis van het hof in Amsterdam redelijk was. Aan de hand daarvan zal Aegon naar eigen zeggen ,,pro-actief bekijken waar verdere compensatie nodig is”.
Als meer beleggers met het arrest van Hoge Raad in de hand naar de rechter stappen om schadevergoeding te eisen, kan de schade van Aegon nog hoger oplopen, volgens sommige schattingen tot in de honderden miljoenen euro's. Het bedrijf heeft nog geen voorzieningen getroffen om gedupeerde Koersplan-beleggers te compenseren.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl